dub-exploration-project

"dub exploration project" verwijst naar de geografische verkenning van onze mooie planeet en naar de innerlijke ontdekkingsreis (in emotioneel en spiritueel opzicht) die de reiziger daarbij meemaakt. Dub is de naam die dierbare vrienden soms voor mij gebruiken.

maandag, september 12, 2005

Los Angeles to Boise, Idaho

Visalia, California

Na een korte recuperatiefase van twee dagen in Los Angeles ben ik aan boord van mijn
super Chevrolet Cobalt bollide noordwaarts vertrokken richting Visalia, California. Daar woont een goede vriend uit Antwerpen, Roel, samen met zijn gezin. Roel is naar aanleiding van een reis, een beetje als deze, getrouwd met een Amerikaanse, Callie, die hij in zijn jeugd in Belgie had leren kennen en weer opgezocht had. Hij heeft nu twee kinderen, een mooi huis en een leuke job, hier.

Visalia is een kleine stad van 100.000 inwoners, toch heeft het zijn arme buurt waar de brandweer pas durft komen nadat de politie de kust veilig verklaard heeft. Ook hier gunnen verschillende drugsbendes elkaar het licht in de ogen niet. Gelukkig heb ik direct de weg gevonden en ben ik niet per ongeluk in die beangstigende Northside verzeild geraakt. Het was en prettig weerzien en verrast ontdekken dat we in ons hoofd, laat ons zeggen op spiritueel vlak, dezelfde weg hebben afgelegd. We zijn Callie, Roel en ik grote fans van de recente documentaire film " what the bleep do we know ".

Sequoia Park

Even later ben ik in Sequoia Park aanbeland voor een eerste nacht camperen. De camping die door de Park Rangers gerund wordt is super goed georganiseerd. Toch krijg je de indruk dat je aan het wildcamperen bent. Ik krijg een stek toegewezen die juist langs een frisse bergrivier ligt.

De laatste zonnestralen geven de bomen, de rotsen en het water een warme gloed.

Mijn 2 seconden tent is in zoveel tijd opgezet (zie Decathlon). Mijn buurvrouw slaakt een : waow, I like that. Even later komt ze mij uitnodigen om met haar campeer buddy een pintje te drinken. De dag erop wordt ik getrakteerd op Smores : Marshmallows boven het campvuur verwarmd die tussen twee koeken geklemd worden met een stuk chocolade. Ik mag toch 10 kilo bijkrijgen.

Sequoia Park is de plek waar de Giant Sequoia groeien. De oudste die ik te zien krijg is 1.700 jaar oud. Een relatief jonge scheut. De oudste is echter 3.200 jaar oud. Het zijn de grootste levende wezens qua volume. Een andere boomsoort geraakt hoger. De mijne hier, de General Grant, is toch zo'n slordige 82 meter hoog. 20 personen hand in hand zijn nodig om de hele stam te omvatten.

Op sommige plaatsen in het park zijn het echte kathedralen waar de zuilen bomen zijn. Echt ontzagwekkend.

Een stukje highway verder, voorbij Fresno, ligt Yosemite Park. Ik ben al dol op de cruise control. Je snelheid instellen en de wagen doet de rest : gewoon relaxter om naar het landschap of naar de waanzinnig grote trucks te kijken. Zo lang als bij ons met nog een aanhangwagen eraan. Ik heb er al gezien die uit drie aanhangwagens bestaan. Dan heb je de RV's of mobilhomes. Sommige zijn gewoon even groot als een bus. Velen slepen nog hun personenwagen achter hen aan.

Ik rij 55 mph (ongeveer 90 km/u) om benzine te besparen. Door de orkaan Katrina zijn de benzine prijzen geexplodeerd. Iedereen steekt mij voorbij. Blijkbaar schikt niemand zijn rijgedrag aan te passen aan de dure benzine.

Yosemite

Yosemite is opnieuw prachtig. Maar koud om te kamperen want op meer dan 2000 m. 5 graden Celsius bij het opstaan. De pint die een vriendelijke duitser mij aan de voet van zijn RV getrakteerd heeft de nacht ervoor heeft niet voor blijvende warmte gezorgd. Gelukkig heb ik een goede campeer uitrusting bij. Vanuit Glacier Point heb je een schitterend zicht op de highlights van het Park. Pure, ruwe natuur. Graniet, hemel, watervallen en bossen. Ik kom er twee toffe Belgen tegen, Connie en Peter. Spijtig dat ze een andere weg opgaan, want het klikte meteen.

Nevada

Om Nevada te bereiken moet ik door het park rijden. Een prachtige rit dus door bossen en langs lieflijke meren heen. Bij een halte biedt een Amerikaan mij verse vis aan die hij juist gevist heeft. Ik wordt keer op keer verrast door de vriendelijkheid van de Amerikanen. Zoals die mevrouw in de Bibliotheek die mij de huis-computer aanbiedt opdat ik een lange mail kan schrijven. En oppervlakkig, zoals zo vaak beweerd wordt ? Helemaal niet. Geinteresserd in waar ik vandaan kom, mijn reis, wat we denken van Bush enzovoort.

Maar Nevada dus. Ik leer Nevada kennen via de route 167 en de 359. Zo alleen ben ik nooit geweest op een baan. Op 80 miles kom ik geen enkele wagen tegen die in mijn richting gaat en hoogstens zes tegenliggers. Het is het prototype van de rechtlijnige weg die men kent vanuit de films. Kaarsrecht voor je en kaarsrecht in de kijkspiegel. Je wenst dat je nu maar niet in panne valt. Langs weerszijden is het zicht prachtig en quasi oneindig. Geen huizen langs de kant, hier wonen geen mensen.

Twee dagen rij ik door Nevada. Ook een stuk op de Highway 50, the most lonely highway in the world. Vergeleken met de 359 is het precies de E40 om 16u30. Maar toch. Verbluffend, een baan quasi constant rechtlijnig. Je raakt haast in paniek wanneer zich een bocht aandient. Nu en dan een zijweg to nowhere. Voor de tweede maal kom ik een bord tegen met "Low flying aircraft". Nevada is een playground voor Top Guns. Het was pas toen ik even voor een pauze uit de wagen stapte dat de volle weidsheid van deze landschappen mij trof. Wind en eideloosheid, woaw.

12/09/2005