dub-exploration-project

"dub exploration project" verwijst naar de geografische verkenning van onze mooie planeet en naar de innerlijke ontdekkingsreis (in emotioneel en spiritueel opzicht) die de reiziger daarbij meemaakt. Dub is de naam die dierbare vrienden soms voor mij gebruiken.

zaterdag, december 03, 2005

Tahiti

Papeete

Na een vlotte vlucht uit LA loop ik de luchthaven van Papeete binnen.
Een muziekgroepje verwelkomt de passagiers met lokale muziek en Vahine's delen bloemen uit om in je haar te doen.
De zon, de warmte, bloemen : geen twijfel mogelijk, ik ben in de gelukkige eilanden van de Stille Zuidzee.
Ik neem eem taxi naar de goedkoopste logement-optie in de peperdure hoofdstad Papeete : hostel Teamo. De hub voor mensen die toekomen of vertrekken. Ik ontmoet er heel wat mensen waaronder Onno, een hartelijke psycholoog uit Nederland die zijn leven wil wijden aan mensen helpen gelukkig zijn. Als dat geen mooi levensprojekt is.

Ongerust door de levensduurte, beslis ik zo snel mogelijk Papeete te verlaten, richting Raiatea. Een Franse vriend, Vincent, heeft me bij zijn vrienden aldaar, Jean-Marc en Casey, geintroduceerd.
Stel je voor, een van de goedkoopste plekken rekent je nog 23 US$ of 2.300 francs pacifiques aan voor een nachtje in een rudimentaire kamer van 7. Na check out time mag ik mijn bagage daar laten voor 2 $ per zak. Slik.
De Sprite die ik op een terrasje drink in afwachting van mijn boot kost 4$ of 3,2 euro.
Ik ben blij wanneer ik in de haven toekom. De laadverrichtingen van de Vaeanu, een vrachtschip dat ook passagiers verscheept, zijn volop aan de gang. Het avontuur kan beginnen. Gedaan met gecijfer.

De dockwerkers laden de boot met grote behendigheid en in volle vaart ondanks de verpletterende zon. Het lijkt een mierennest. De twee kranen heisen de containers en allerlei goederen voor de afgelegen eilandjes aan boord. Bouwmateriaal, mineraal water in flessen, fruit,...Vanuit de haven heb ik een duidelijk zicht op Papeete met haar druk hoofdstadsleven, files inbegrepen. Van de 220.000 mensen die op de eilanden van Frans Polynesie wonen (waarvan 11,9% europeanen), verblijven er 100.000 in Papeete.
De in afstand relatief korte reis duurt 12 uur. Van 16 uur tot 4 uur 's morgens. Gedurende de nacht zullen we halt houden bij verschillende eilanden om te laden en te lossen. De lokale bevolking slaapt op matten op het bovenste dek. Ik zou hen vervoegen mocht ik geen drie stukken bagage hebben. Voor mij wordt het dus een kleine gedeelde cabine. De boot vertrekt op tijd.

Langzaamaan verdwijnen de lichten van Papeete in de donkere zee terwijl we richting zonsondergang varen. De warme zeewind in mijn haar, de typische geur van oude schepen en zeelucht in de longen realiseer ik mij dat een oude droom werkelijkheid geworden is.
Twee meisjes uit Tahaa spreken me aan. Hun frans is verrassend beperkt. Later zal een franse leraar me vertellen dat het gebruik en de kennis van het frans op school
inderdaad beperkt is. De meeste mensen spreken reo ma'ohi onder elkaar. Als ze me vragen wat ik doe en ik voor de eenvoud "avocat" antwoord, grappen ze " pour manger ???"

Raiatea (foto's : zie link)

Ik word vanzelf wakker om 4 uur wanneer we de haven van Raiatea binnenvaren. Drie uur later komt Jean-Marc me oppikken voor hij naar zijn sportwinkel vertrekt.
Ik wordt door hem en Casey als een koning ontvangen, terwijl ze me eigenlijk niet persoonlijk kennen. Ze zullen echte polynesische parels van gastvrijheid blijken.

De dag erop lift ik in vijf keer naar Marae Taputapueta, 1 van de heiligste plekken in Polynesie. De natuur is weelderig en genereus. Overal mango-bomen, papaya's, avocado's en bloemen. Er is een verrassende mix van naald en loofbomen. Sommige bomen zijn volledig overgroeid door klimplanten. Er zijn ook bamboe's.
De Marae is een complex van verschillende stenen terrassentempels langs de kustlijn.
Er werden hier allerlei rituelen volbracht waaronder menselijke offers. Onder de heilige bomen op de site zit het vol kleine holen. De inwoners zijn clowneske krabben die collectief wegduiken als ik nader.

Ik kom er een franse leraar tegen die hier een post voor twee jaar gekregen heeft in een school, na een lange selektie. De beloning : dubbel loon + expat premie van 10 maanden loon + vestigingspremie van 8.000 euro. De franse regering schat dat de levensduurte 1,84 keer hoger is dan in Frankrijk, dus nagenoeg dubbel zo hoog. De eerste bron van inkomsten in Polynesie zijn de subsidies uit Frankrijk. Jaarlijks vloeien miljoenen dollars vanuit de Metropole naar Tahiti. Vervolgens komen het toerisme en de kweek van de zwarte parels.

's Middags zijn Jean-Marc, zijn broer David, Casey en baby me tegemoet gereden. We reizen verder via de kust lamgs prachtige view-points op de lagune. In de verte zie je het witte schuim van de Oceaan golven inbeuken op het rif dat op een pas na, het eiland volledig omgeeft. De lagune tussen rif en eiland is postkaart-turkoois. Miljoenen jaren geleden rezen er vulkanen vanop de zeebodem. Bij het afkoelen werden er eilanden gevormd waarrond koraalriffen "groeiden". Naarmate de vulkaan-eilanden erodeerden en wegzakten in de zee ontstonden tussen rif en eiland de prachtige lagunes die we nu kunnen bewonderen.

We stoppen langs een vanille plantage. Ik leer er dat vanille een orchideesoort is die een beetje als reukerwten op paaltjes groeit. De bloem bloeit slechts 1 dag en moet precies dan met de hand bevrucht worden. In een fijnmazige net-serre alleen al zijn er 3.000 bloemen te bevruchten. En er zijn vier serres. Daarna moeten de vanille bonen gedroogd en geselekteerd worden. Een vanille ijs zal nooit meer hetzelfde zijn voor mij...

Maupiti (voor foto's, zie link in rechterkolom)

Het eiland Maupiti is me door Jean-Marc en een franse skipper aanbevolen als het Polynesie van 40 jaar geleden. Bora Bora maar zonder luxehotels en zonder toeristen-massa's. Vanuit Raiatea geraak je er in twee bootritten. Eerst naar Bora Bora, de parel van de Pacific. Een indrukwekkende groene rotsberg midden in de oceaan en omgeven door een wit schuimende rif, waartegen de golven soms meters hoog opstuiven. Om de lagune en het eiland te bereiken moet de boot zich door een smalle pas, een breuk in het rif begeven. Ik laat mijn zak in de laadruimte en trek erop uit met laken en mat.
Doel is in de wacht-hut van de haven te slapen. Uiteindelijk breng ik de nacht door op een tafel in een open kantoor van het gemeentehuis.
's Morgens vertrekt de boot richting Maupiti. Bij de rifpas varen we een school dolfijnen tegemoet. Sommigen duiken speels uit de golven. Anderen volgen het schip onder water. Prachtig.
Bij de gevaarlijk enge en kolkende pas van Maupiti doorklieft een nog grotere school dolfijnen de marienblauwe golven. Ze springen kris-kras uit de golven, hun mooie glanzende lichamen in het zonlicht. Daar gaat zoveel schoonheid, liefde en natuurkracht vanuit. Ik ween volle tranen van ontroering en zeg spontaan : "God, you got me", of hoe de natuur je spiritueel kan maken.

In Maupiti verblijf ik in een klein pension bij Marieta, een vriendelijke dame. De lagune is vlak achter het huis te bewonderen. Meteen valt de rust hier op. Er wonen hooguit 1.200 mensen op dit eilandje van slechts een 8-tal km omtrek. Er zijn geen hotels want daar verzetten de anciens zich tegen. Er zijn nagenoeg geen voertuigen. GSM's, schotel-antenne's en internet zijn hier wel ruim aanwezig. De meeste huisjes zijn in hout en hebben allen mooi onderhouden bloemrijke tuinen.

In de lokale snack ontmoet ik Vladimir, een Sloveense mijnwerker. We komen goed overeen. Vladimir wil eigenlijk niet meer weg. Zijn lichaam is vol energie sedert hij hier is. Hij zegt dat hij zal wenen als hij vertrekt.
We varen samen met zijn pensionbaas naar een motu, een eilandje langs de rif. Het water is heerlijk warm. Ik geniet intens van het moment. Voor mij ligt het donkergroene eiland in de avondzon te soezen. In de verte beginnen stapelwolken paars te kleuren. De maan staat loodrecht boven ons hoofd. De zee tovert zich om in een metaalblauwe spiegel en de zon gaat uiteindelijk onder achter de palmbomen.
Als ik na het avondeten (naar "de chinees" smakende frieten, in de wok gebakken) naar mijn pension terugwandel zit een gans gezin van jonge mannen, gauguin-vrouwen en kinderen met grote bruine ogen gezellig voor het huis te musiceren en te zingen. Een man staat me zijn stoel af. Ik sluit mijn ogen en als ik in mijn geest al die vreugdevolle stemmen naar de hemel zie cirkelen vanuit dat mini-eilandje in de reuze Oceaan dan verschijnt een glimlach van vreugde op mijn lippen. Onvergetelijke dag.

's Anderendaags kom ik een Canadees tegen, John, die hier al anderhalf jaar woont. Hij is getrouwd met een Vahine uit Maupiti. Hij vertelt me : " Eerst dacht ik, the hell with Canada. Maar nu wil ik hier niet meer voltijds wonen. Wat ik het meeste mis ? Ik verveel me hier rot, ik mis high speed internet, Mac Donald's en hygiene. Je krijgt hier dingen ook niet gedaan. Aannemers of zo, het is allemaal voor morgen.

Ik denk dat niet alleen John een tijdsverdrijf mist. Nogal wat mannen verzetten grote hoeveelheden bier. In de snack verderop zijn ze vaak Lazarus. John raadde me aan daar niet te gaan op vrijdagavond : " ze durven daar wel eens op de vuist te gaan ". In de negentiende eeuw was alcohol "the quickest way out of Liverpool voor de arbeiders ". Is bier "the quickest way out of paradise"?

Mijn gastvrouw Marieta vertelt me dat er in de Protestantse kerk elke dag van deze week een gebedsavond voor de vrede doorgaat. Dit wil ik niet missen. Bij het luiden van de klokken komen de (protestantse) eilandbewoners in hun mooiste kleren uit hun huizen. De vrouwen, waarvan heel wat
"overweight" zijn, dragen kleurrijke bloemetjeskleedjes en strooien hoeden. Velen hebben dikke zwarte vlechten en een bloem in het haar. Terwijl ik voor de kerk sta te wachten komen ze mijn hand schudden. Eenmaal binnen kan ik door de vensters aan de linkerkant de turkoois lagune zien zwaaien en rechts de groene, genereuze berg.
Spoedig vult de kerk zich met prachtige polynesische gebedsliederen. "We bidden al zingende", zegt de man naast me. De mensen steken er hun volle hart in en zingen uit volle borst. Weer wordt ik hier tot de tranen toe ontroerd en ben ik dankbaar dat ik hier ben op dit eilandje, temidden van deze mooie mensen.
Als het klopt dat we allen 1 zijn en dat in wezen alles energie is dan zullen de mooie vibraties van deze gezangen voor de vrede sommige koele oorlogsstokers-harten misschien wel raken.

Op Maupiti zijn er eigenlijk vier kerken. Dit is een gevolg van de hevige concurrentiestrijd die de kerken van in den beginne gevoerd hebben om zieltjes, maar vooral invloed te winnen. Naast de protestanten hebben de adventisten en de mormonen een eigen kerk. De mormonen lopen als echte MacDonalds van de religie in hun typische uniformen, das incluis. (De gemiddelde temperatuur op Tahiti is 26 graden celsius, by the way). Op 17.000 km van het Vatikaan moeten de katholieken het met een huis stellen. Zoals de native americans hebben de polynesiers de witte vlaag of plaag uit het westen over zich gekregen. Hier onder de vorm van vooral protestantse missionarissen, hardvochtige walvisjagers en handelaren. De missionarissen dwongen de natives hun geloof en gebruiken op te geven : dansen was verboden, tatoes en zelfs bloemen in het haar waren verboden. Het lichaam diende volledig bedekt te worden. De zeemannen die de wintermaanden op Tahiti doorbrachten introduceerden alcohol en ziektes waartegen de bevolking weerloos was. De populatie slonk. Uiteindelijk namen de Fransen in 1842 effectief controle over de verschillende eilandengroepen die nu Frans Polynesie vormen(waaronder de Societes eilanden die uit de Iles du vent en de Iles sous le vent bestaan) en installeerden ze er een koloniaal systeem.

De dag erop ga ik naar het strand om te snorkelen. Het regent hevig. Dat heeft alvast een voordeel. Je riskeert minder van levend te verbranden onder de loodrechte zon. De zon is paradoxaal genoeg vijand nummer een van de vakantieganger. Niet alleen de huid heeft er onder te lijden. 1 uur zonnebaden kan het lichaam even zwaar vermoeien als een wandeling van 8 km. "La fatigue engendree par 6 heures d'exposition journaliere correspond a 48 km de marche par jour " (uit de folder Dangers naturels a Tahiti). Ik ben dus eventjes safe en kan bovendien genieten van de mooie kleurschakeringen die ontstaan door de donkergrijze wolken over de turkoois-variaties van de lagune.

Hui, een lokale gids brengt me naar de grootste Marae van het eiland. Het probleem is dat hij Jehovah getuige is en volop de bijbel aan het bestuderen is. Zijn verhaal over de lokale geschiedenis is doorspekt met verwijzingen naar Mesopotamie, Noah en zijn zonen en ik begin me af te vragen of er ook maar iets klopt aan zijn uitleg. Vooral nu hij af en toe in lachen uitbarst en naar me kijkt alsof hij denkt : "geloof je dit nu echt, man". Ik verwacht elk ogenblik dat een team van de lokale candid camera uit de struiken gaat te voorschijn komen.

's Avonds loop ik weer naar de mis. Midden in de ceremonie richt de diaker zich tot mij. Alle hoofden draaien in mijn richting. Hij dankt mij voor mijn aanwezigheid onder hen en wenst mij nog een goede reis. Als ik samen met de kerkgemeenschap het gebouw verlaat heb ik een warm gevoel van samenhorigheid.

Er zijn vandaag wat zatte mensen in het dorp. De arbeiders hebben hun loon ontvangen en moeten morgen niet werken. Het bier vloeit rijkelijk. Er wordt desondanks verrassend mooi gezongen. De middelbaarstudenten die allemaal op internaat zijn in Raiatea worden 1 maal per maand overgevlogen naar hun families op de kleine eilandjes. Ook dat wordt vandaag gevierd door sommige ouders die hun kroost op uitgebreide maaltijden in de snack trakteren. En daar horen frieten bij.

Back to Raiatea

Een korte vlucht van 25 minuten met Air Tahiti brengt me terug naar Raiatea. Het is leuk om de eilanden vanop relatief lage hoogte te kunnen bewonderen. Ik neem een taxi tot bij Jean-Marc en Casey die me opnieuw warm verwelkomen.
Op de BBQ die ze de dag erop organiseren leer ik hun partners in de sportzaak kennen. Beiden zijn verplegers op Tahaa, het zuster-eiland van Raiatea. Ze vertellen me dat heel wat mensen ongezond zijn. Er is heel veel hypertenseie en diabetes. De mensen zorgen niet goed voor zichzelf en gebruiken veel suiker en frisdranken. Ze bevestigen ook de verhalen over de 'problemes de terres'. Zo was een heel gezin haar gronden op Maupiti komen opeisen, toen ik er was, op basis van een testament. Eigendomsbetwistingen zijn blijkbaar een nationale sport nu eeuwenoude landmarkeringen en gewoontes soms botsen met meer recente koop-verkoop overdrachten. Bovendien zijn de kadasters onbestaand of in opbouw.
Ik leer ook het begrip " se tropicaliser " kennen : je begint op de eilanden meer en meer relaxed te gaan leven tot je op de duur gewoon niet meer kan gedijen in de drukke Metropole, in Frankrijk of Europa.

Stillaan begint het regenseizoen zijn intrede te doen. Het kan hier soms meerdere weken aan een stuk regenen, volgens Jean-Marc. We profiteren er dan ook van om een paar spannende schaakpartijen te spelen op terras terwijl de wolken eindeloos hun balast ledigen. David, bakt pannekoeken en we kijken samen naar een DVD. Dit is de avond voor mijn vertrek en ik trakteer het hele gezin op heerlijke pizza's. Ik profiteer ervan om Jean-Marc over de Independantisten uit te vragen. Hoewel uit een referendum in 1958 gehouden, 65 % van de bevolking aan Frankrijk bleek gelinkt te willen blijven en hoewel steeds meer eigenbeheer en autonomie werd verworven toch blijft het onafhankelijkheid-thema in de actualiteit. Vooral nu dat vreemde partij allianties de leider van de kleine Independantisten-partij aan het hoofd van de regering gebracht heeft. Zal hij het kip met de gouden eieren (de miljardenstroom uit Frankrijk) durven doden om zodoende zijn programma te realiseren ? Het is duidelijk dat een meerderheid van de Polynesiers dit niet willen.

Moorea

Ik vlieg terug naar Papeete en neem een taxi naar de ferry haven. Naast de ferry ligt een luxe yacht "le grand bleu" (zie link onder Tahiti). Het schip is nagenoeg even groot als de ferry. Op het dek zie ik een speedboot en een zeilboot. Er is ook een helicopter aan boord. In Raiatea was de yacht van Bill Gates onlangs komen aanmeren. Ze hadden nog nooit zo'n yacht gezien.
De overtocht van een half uurtje verloopt vlot. Ik geraak snel bij camping Nelson, een van de beste plekken voor budget-reizigers. Er zijn dorms en we zitten vlak aan het strand onder de palmbomen. Er zijn heel wat mensen en ik versmelt meteen in de gemeenschap van backpackers en ultra-reizigers. Ervaringen en tips worden rijkelijk uitgedeeld. Er wordt gezellig genikst.
's Anderendaags ga ik met Erik, een havenwerknemer uit LA, op een bootuitstap. Vanuit het water kunnen we 1,5 a 2 m kleine rifhaaien bewonderen. Ze zijn doorgaans ongevaarlijk voor de mens maar hebben wel dezelfde jagers-attitudes als hun grote broers. Een van de haaien heeft een remora, pilootvis, op zijn buik.
Op een andere plek zwemmen we tussen sierlijke sting-rays (de roggen hebben soms een spanwijdte van 1m). Ze laten zich over de rug strelen. De zwarte-vin haaien komen nooit dichter dan een vijftal-meter. Toch spannend.

Mijn laatste dag op Moorea is een opeenvolging van interessante ontmoetingen met onder andere Aki, een 32-jarige japanse die niet kan ophouden met reizen en het conformisme en de verwachtingen van haar omgeving ontvlucht. Veel jonge Japanse reizigers kennen maar een paar woorden engels. Met Aki slaag ik er toch in heel wat te leren over wat een jonge Japanse vrouw bezielt om op haar eentje de verre hoeken van de planeet te gaan verkennen. Met Belle, een 56-jarige Canadese, spreken we over het leven, jeugdtrauma's, overtuigingen, enz. Een diepe uitwisseling.

Met een hele bende gaan we 's avonds naar een traditionele dansspektakel. Het wordt een waar plezier omdat het heel oorspronkelijk en helemaal niet toeristisch-kitsherig is. Het is voor mij een mooie afsluiting van mijn aanwezigheid op deze mooie eilanden. Voor het slapen gaan loop ik nog naar het strand om afscheid te nemen van de zee. De lagune is kalm onder de volle maan die de scherpe bladeren van de palmbomen doet glanzen als zwaarden. Er waait een warme nachtbries. Vaarwel Moorea.

Erik en ik nemen afscheid van iedereen en vertrekken samen naar het hoofdeiland voor onze laatste dag in Frans Polynesie. 's Avonds lopen we naar de waterfront. Er zijn talrijke "roulottes", camionetten die pizza's en chinees eten verkopen. Veel mensen komen hier in de frissere avond iets goedkoops eten om daarna naar een gratis openlucht-concert te gaan. Het valt mij op hoeveel vrouwen een tatoeage hebben. Terwijl we onze pizza eten, komt een reuze cruise-schip aan. Ik tel minstens zeven verdiepingen vanaf het basisdek. Vermoedelijk het hoogste constructiewerk op de eilanden op dit ogenblik.

Even later ontmoet ik drie Argentijnen in de keuken van het hostel. In een lang gesprek heruitvinden we de wereld samen. In mijn te warme kamer, in mijn te klein bed daagt het mij hoe zelden we in ons dagelijks leven de kans krijgen om nieuwe mensen te ontmoeten. Op reis, als je daarvoor open bent, leer je elke dag een nieuw mens kennen, met haar/zijn dromen en verhaal. En telkens leer je weer iets over jezelf in de spiegel van hun ogen.

1 Comments:

At 4:07 a.m., Blogger Patrick De Vos said...

Jesus Gaetan,
Terwijl ik hier mijn dagen vul met gastlessen, interviews en projecten schrijven, en terwijl het koninkrijkske België zijn eerste winteroffensief al te verduren kreeg, doe jij aan ‘island hoppin’ en moet je opletten dat je je geen zonnenbrand op de hals haalt. Ik ben nu toch wel een beetje jaloers, moet ik zeggen. Ik weet wel: ieder zijn beurt. Maar toch geraak ik de gedachte niet los dat jij er nu beter aan toe bent, al was het maar dat je "het conformisme en de verwachtingen", waaraan ik nu tegemoet kom, weet te ontsnappen. Ik zou maar wat graag ruilen voor die spontane ontmoetingen en het gevoel onderweg te zijn – iets wat ik nu wel mis: onderweg zijn. Je klinkt in elk geval erg relaxed. Goe bezig.

Patrick

PS. Wat er mij aan doet denken dat ik nog de pdf van mijn boek op je mail moet zetten. Wil je die nog?

 

Een reactie posten

<< Home